werkgroep en partner
van Grenzeloze Schelde-
Escaut sans Frontières
vzw/asbl
 
ZENNEKRANT 12 (-> terug naar inhoud)

De stroomgebiedbeheerplannen van het Waals Gewest laten op zich wachten

De meest recente, officiële berichten over de stroomgebiedbeheerplannen van het Waals Gewest zijn niet erg verheugend. De Europese Commissie publiceerde op 6 april 2011 een persbericht met als titel: "Milieu: de Commissie daagt vier lidstaten voor het Hof van Justitie wegens niet voorleggen van hun stroomgebiedbeheerplannen."
De persdienst van de Commissie concentreert zich op de redenen van deze juridische procedure, en in het bijzonder op het overschrijden van de termijnen: "De Kaderrichtlijn Water verplicht de lidstaten het publiek en de andere bij deze plannen betrokken partijen te raadplegen, ontwerpplannen te publiceren en een periode van zes maanden te voorzien voor het maken van schriftelijke opmerkingen op die documenten. Om rekening te houden met deze bepalingen hadden alle publieke raadplegingen ten laatste in december 2008 van start moeten gaan."


In juni 2010 kregen twaalf lidstaten van de Europese Commissie een berisping. België, en meer bepaald het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en het Waals Gewest, behoren dus samen met Denemarken, Griekenland, en Portugal, tot de achterblijvers in Europa wat betreft de planning van maatregelen voor de verbetering van de kwaliteit van hun oppervlakte- en grondwateren.

Wallonië, zo wordt ons gezegd, werkt onafgebroken aan de finalisatie van de stroomgebiedbeheerplannen. Sinds 2009 werd telkens opnieuw de verwachting op de start van een openbaar onderzoek niet ingelost. Op dit signaal wachten de verenigingen nochtans om het ontwerp te lijf te gaan en op zoek te gaan naar verbeteringen.
Volgens de verklaringen van het Gewest zelf zou het onderzoek in 2009 gebeuren. De portaalsite van Wallonië maakt trouwens nog altijd (5 mei 2011) melding van de volgende bedoeling: "Een publieke raadpleging betreffende de ontwerpen voor de vier stroomgebiedbeheerplannen (Schelde, Maas, Rijn, Seine) vergezeld van hun milieueffectenverslagen zal in 2009 georganiseerd worden." Met de nieuwe regering werd er gesproken van december 2010, vervolgens was er sprake van februari 2011, en daarna van maart 2011. Tenslotte zal het blijkbaar juni 2011 worden, "het einde van het eerste semester 2011".

Maar waarom dringen de verenigingen zo aan?

De Kaderrichtlijn Water voorziet een openbaar onderzoek van 6 maanden. Zoals in het recent persbericht herhaald wordt, moet die periode de ruimte geven om schriftelijke opmerkingen te formuleren op de ontwerpbeheerplannen. Deze bepaling is tamelijk uniek en geeft een bijzondere kracht aan het principe van inspraak.
Het principe van inspraak van het publiek in de besluitvorming, dat werd vastgelegd in het Verdrag van Aarhus, is een erfenis van de verklaring van de Verenigde Naties in Rio in 1992: "Het beste middel om de milieuaangelegenheden te behandelen is de inspraak te verzekeren van alle betrokken burgers, op het passende niveau."
Tijdens het openbaar onderzoek over de beheerplannen per hydrografisch bekken, zouden de burgers de mogelijkheid moeten krijgen om de door de overheid voorgestelde maatregelen voor de verbetering van de kwaliteit van een welbepaalde rivier of van een welbepaalde grondwaterlaag te begrijpen. De burger zou zijn akkoord met of zijn bezwaren op de voorgestelde milieudoelstellingen, en over hun eventuele afzwakking (meer bepaald het uitstellen van de termijnen) kenbaar moeten kunnen maken.
Zijn kennis van het terrein zou hem moeten toelaten om de aandacht te vestigen op specifieke problemen, en zelfs om voor te stellen sommige maatregelen te wijzigen.
Inter-Environnement Wallonie acht het wenselijk dat het verband tussen de vastgestelde problemen en de voorgestelde maatregelen zo helder en expliciet mogelijk zou zijn. De maatregelen mogen niet losgemaakt worden van de waterlichamen waarvoor ze bestemd zijn. Verder verwachten de verenigingen dat de budgetten bij de ontwerpplannen worden gevoegd en dat de diensten die verantwoordelijke zullen zijn voor hun goede uitvoering, bij naam worden genoemd.

Het water van onze rivieren, van de oppervlaktewateren en de grondwaterlagen is een kostbare, multifunctionele rijkdom die sterk gebonden is aan het grondgebied. De rivieren en hun kwaliteit zijn een troef voor de ontwikkeling van het ecotoerisme in Wallonië en ze zijn onmisbaar voor het welzijn van al zijn bewoners.

Marie Cors, Directrice Politique, Fédération Inter-Environnement Wallonie



Meer informatie: www.iewonline.be


ZENNEKRANT 12 (-> terug naar inhoud)