Coördinatie Zenne: Zennekrant 11 - april 2011
ZENNEBEKKEN: Hoe is het nu gesteld met de waterkwaliteit
van de Zenne en het Zennekanaal?

Inleiding

Een van de doelstellingen van de Europese Kaderrichtlijn Water (EKW) is het bereiken van een goede toestand in alle oppervlaktewateren, zowel op vlak van ecologische als chemische kwaliteit. Deze toestand zou uiterlijk tegen 2015 moeten bereikt zijn voor alle oppervlaktewateren.
De ecologische kwaliteit wordt bepaald op basis van de biologische kwaliteitselementen (de aanwezige planten en dieren in het water), de hydromorfologische kwaliteitselementen (hierbij kijkt men vooral naar de structuur van de waterloop) en de fysico-chemische kwaliteitselementen (hierbij onderzoekt men vooral de algemene fysisch-chemische elementen, zoals het zuurstofgehalte en de nutriënten, en ook meer specifieke niet-prioritaire vervuilende stoffen, zoals bv. zink, koper, pyreen, arseen, …).
Aan de hand van de resultaten voor al deze kwaliteitsmetingen wordt een score berekend, namelijk de ‘ecologische kwaliteitscoëfficiënt’. De slechtste score voor één van de kwaliteitselementen bepaalt het eindoordeel.
Om de chemische kwaliteit te bepalen, wordt de waterloop onderzocht op de prioritaire vervuilende stoffen (zoals bv. zware metalen) en andere polluenten waarvoor Europese kwaliteitsnormen vastgelegd zijn.
De goede chemische toestand van een waterlichaam wordt behaald als de milieukwaliteitsnorm voor elk van deze in totaal 41 stoffen gehaald wordt.
Voor meer informatie over de Europese Kaderrichtlijn Water en de verschillende kwaliteitselementen die worden afgetoetst, klik hier.

Hoe scoren de grootste waterlopen in het Zennebekken?

Voor de situering van het Zennebekken, klik hier.
De normen waaraan een waterlichaam moet voldoen, hangen af van de indeling van dat waterlichaam (zoals bv. een natuurlijk, een kunstmatig of een sterk veranderd waterlichaam).
De specifieke indeling van de Zenne, het Kanaal Charleroi-Brussel en het Zeekanaal Brussel-Schelde, die wij samen het ‘Zennekanaal’ noemen, zijn respectievelijk ‘sterk veranderd waterlichaam’ en ‘kunstmatig waterlichaam’. Meer details kan je terugvinden in de tabel.

Meetresultaten

Voor een gedetailleerde beschrijving van de meetresultaten voor de Zenne, het Kanaal Charleroi-Brussel en het Zeekanaal Brussel-Schelde, klik hier.



Hieronder geven we een beknopt overzicht van de situatie voor de drie waterlopen.
Voor de hydromorfologische kenmerken zijn nog geen metingen gekend, zodat deze niet in de resultaten zijn opgenomen.

De Zenne scoort zowel in Wallonië, in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest als in Vlaanderen slecht tot matig op vlak van de ecologische waterkwaliteit. De slechte score is vooral een gevolg van slechte fysico-chemische kwaliteitselementen (teveel zwavel en fosfor en te weinig zuurstof in het water).
De biologische kwaliteit is vooral in Vlaanderen een probleem. Ook de chemische toestand van het Zennewater is niet goed door een teveel aan pesticiden, herbiciden en polyaromatische koolwaterstoffen (PAK’s). In Wallonië treft men ook cadmium aan in de Zenne, terwijl in Vlaanderen de normen voor enkele zware metalen, bestrijdingsmiddelen en polychloorbifenylen (PCB’s) worden overschreden.
De situatie is wel al sterk verbeterd ten opzichte van 2004.

Het Kanaal Charleroi-Brussel scoort gemiddeld beter dan de Zenne: matig in Wallonië, ontoereikend in Vlaanderen, slecht tot matig in Brussel. Het Zeekanaal Brussel-Schelde in het verlengde ervan scoort ook slecht. In het Waalse gedeelte van het Kanaal Charleroi-Brussel komen men dezelfde vervuilende stoffen als in de Zenne (pesticiden, herbiciden, PAK’s,…) voor.
Op Vlaams grondgebied scoort de visindex ontoereikend, ligt het stikstofgehalte weer hoger en worden zware metalen aangetroffen in het water. Op Brussels grondgebied is de fysico-chemische toestand van het kanaal vrij goed, met de gevaarlijke stoffen daarentegen is het slecht gesteld (overschrijdingen voor o.a. PAK’s en DHEP - een belangrijke component in plastic materialen).

In het Zeekanaal Brussel-Schelde is er geen opvallende aanwezigheid van zware vervuilende stoffen. Opvallend is de te hoge zuurstofverzadiging (oorzaak: algenbloei door eutrofiëring) en het teveel aan nutriënten (stikstof- en fosforverbindingen). Hierdoor scoort deze waterloop ook slecht voor de kwaliteitsparameter ‘macro-invertebraten’ (= met het blote oog waarneembare ongewervelde diertjes).

Maatregelen

Er is nog een hele weg af te leggen om de waterkwaliteit van de Zenne en beide kanalen tot het niveau te krijgen dat vooropgesteld wordt in de doelstellingen van de EKW. Rekening houdende met de einddatum van 2015, is het twijfelachtig of de ‘goede toestand’ van de waterlichamen zal gehaald worden. Toch worden al gedurende enkele jaren forse inspanningen geleverd om de waterkwaliteit te verbeteren. Tal van grote en kleine maatregelen werden al doorgevoerd (van de aanleg van rioolwaterzuiveringsinstallaties (RWZI’s) tot sensibilisering van landbouwers, strengere lozingsnormen en beter bermenbeheer, enz.). Al deze inspanningen beginnen geleidelijk aan hun vruchten af te werpen.
Zo is de verbetering van de waterkwaliteit van de Zenne beneden Brussel sinds de inwerkingtreding van de RWZI Brussel-Noord eind 2007 zeer duidelijk merkbaar. Voor meer voorbeelden van maatregelen en voor een beeld van de bestaande en nog geplande waterzuiveringsinfrastructuur, klik hier.

Wordt vervolgd!

Gevolgen van een accidentele vervuiling: het stilleggen van de waterzuiveringsinstallatie Brussel-Noord eind 2009. Tussen 8 en 19 december 2009 werd de waterzuiveringsinstallatie Brussel-Noord, dat het afvalwaterequivalent van 1.100.000 inwoners zuivert, door de uitbater stilgelegd. Het afvalwater werd dus gedurende enkele dagen ongezuiverd in de Zenne geloosd.
Wat is het aanpassingsvermogen van de Zenne na zulke vervuilingspieken?

Welke gevolgen had dit zuiveringsincident voor de Zenne én voor de (intergewestelijke) samenwerking tussen de verschillende administraties? U leest er meer over in de volgende Zennekrant! Neem toch al eens een kijkje op http://www.coordinatiezenne.be/mailer/Zennekrant_10/NL_T4.htm

Met dank aan
  • Thierry Warmoes, verantwoordelijke Team Meetnet Oppervlaktewater Demer Dijle Maas - VMM, Afdeling Rapportering Water
  • Catherine De Raedt, bekkenverantwoordelijke infrastructuur Dijle - Aquafin NV
  • Sandrine Dutrieux - Leefmilieu Brussel - Bruxelles-Environnement (BIM - IBGE)
  • Jérôme Delvaux - Service public de Wallonie (SPW), Direction générale Agriculture, Ressources Naturelles et Environnement, Département de l'Environnement et de l'eau / Direction des eaux de surface

Terug naar de inhoud >>